Zó kom je van je hooikoorts af

Ha-ha-tsjoe!

Hooikoorts een typisch lenteprobleem? Nope. Het nies-en-jeukseizoen kent steeds vaker een opleving in de (na)zomer. Marie Claire’s wetenschapsjournalist zet de feiten op een rij. Want: hoe kom je eraan? En – vooral – hoe kom je ervan af?

Wat is hooikoorts?

Lees ook: Dit is waarom jouw glas water na een nacht vreemd smaakt

De term hooikoorts stamt uit de tijd dat mensen die werkten op het land klachten kregen vlak voor de hooioogst in mei. Maar met hooi hebben die klachten niets te maken: de irritatie wordt namelijk veroorzaakt door de stuifmeelkorrels, oftewel pollen, die sommige soorten bomen, kruiden en grassen de lucht in sturen wanneer ze in bloei staan. Pollen zijn eigenlijk plantaardige spermacellen, die door de lucht zweven op zoek naar een stamper, met daarin de plantaardige eicel. Het zijn dus niet de pluisjes die je soms ziet zweven die hooikoortsklachten veroorzaken.

Niet alle bomen en planten veroorzaken hooikoorts: er zijn ook veel soorten die de bestuiving laten uitvoeren door insecten, andere dieren of soms door water. Hooikoorts is net als andere allergieën een heftige reactie van het afweersysteem tegen een lichaamsvreemde stof. Het afweersysteem ziet de stof – ten onrechte – als bedreigend, waardoor het stoffen vrijgeeft die de doorbloeding verhogen: dat veroorzaakt rode ogen, opgezwollen oogleden en een verstopte neus. Een andere reactie van het lichaam is dat de longblaasjes samentrekken, waardoor er jeuk aan ogen en neus ontstaat.

Hoeveel mensen hebben het?

Naar schatting hebben ongeveer vier miljoen Nederlanders last van hooikoorts, meestal in combinatie met andere allergieën. Dit aantal is de afgelopen decennia gestegen, maar of het nog steeds toeneemt is niet bekend. Van de hooikoorts-patiënten is lang niet iedereen er even erg aan toe. De ernst van de klachten varieert sterk. Sommigen zijn allergisch voor één soort pollenkorrels, bijvoorbeeld die van berken, die meestal bloeien van maart tot mei. Anderen krijgen last van verschillende pollen en zijn bijna het hele seizoen de pineut, tot diep in de zomer. Het weer is een belangrijke factor voor het vrijkomen van pollen, legt botanicus Maurice Martens van Pollennieuws.nl uit. Onder bepaalde omstandigheden kunnen mensen, die eerder geen klachten hadden, ook ineens last krijgen van hooikoorts, vertelt hij. “Een paar jaar geleden waren er door windstilte ineens heel veel berkenpollen in de lucht, en meldde een lokale huisarts tientallen nieuwe patiënten.” En door zachter weer verschuift het seizoen. Uit gegevens van het Elkerliek ziekenhuis in Helmond blijkt dat de gemiddelde datum waarop het aantal berkenpollen piekt, de afgelopen veertig jaar is verschoven van 14 naar 2 april. Dat het seizoen eerder begint, betekent helaas niet automatisch dat het ook weer eerder voorbij is. En tot overmaat van ramp komen er in Europa steeds meer ambrosia’s voor, een plant die sporen verspreidt waar mensen heel heftig op kunnen reageren. Wanneer ambrosia bloeit? In de nazomer.

Waarom krijgt de een wel hooikoorts en de ander niet?

Waarom de ene persoon kalm reageert op pollen en de andere niet, is een van de grote vragen voor wetenschappers. Genen spelen een rol: een kind wiens ouders allebei hooikoorts hebben, heeft zeventig procent kans het te krijgen. Bij één hooikoortsouder is die kans nog altijd ruim veertig procent. Wie geen ouder heeft met hooikoorts, loopt tien tot vijftien procent kans. Of je ook daadwerkelijk een allergie ontwikkelt, wordt bepaald door de omgeving. Uiteraard speelt mee of er weinig of veel pollen zijn, maar nog belangrijker zijn je eerste twee levensjaren, vertelt Maurice van Maaren, internist-allergoloog in het Erasmus MC in Rotterdam. In die periode wordt namelijk je afweersysteem geprogrammeerd. Er zijn aanwijzingen dat bij die programmering de bacteriën in je darmen een belangrijke rol spelen: hoe diverser de populatie in de darmen, hoe lager de kans op allergieën. Borstvoeding helpt ook tegen hooikoorts: in moedermelk zitten afweerstoffen en vezels waarop gunstige bacteriën goed gedijen. Het lijkt erop dat kinderen in een boeren omgeving meer gunstige bacteriën oppikken dan kinderen in stedelijk gebied. “De belangrijkste beschermende factor is een koe in huis”, zegt Van Maaren. Dat betekent niet dat we onze kinderen ongebreideld vies moeten laten worden, want die koe verhoogt ook de kans op gevaarlijke infecties. Sommige virussen kunnen zelfs juist astma veroorzaken, vertelt Willem van de Veen, onderzoeker van het Zwitsers Instituut voor Allergie en Astma-onderzoek in Davos. “Het is dus een kwestie van de balans vinden tussen vies en schoon.”

Hoe kom je ervan af?

Als je eenmaal hooikoorts hebt, gaat dat in principe niet meer weg. Gelukkig zijn de behandelingsmogelijkheden voor hooikoorts de laatste jaren sterk verbeterd. Een milde vorm van hooikoorts is te behandelen met antihistaminica: tabletjes die de werking van histamine remmen, die je gewoon bij de drogist of de supermarkt koopt. Voorheen maakte deze middelen gebruikers suf, maar bij de nieuwe generatie (bijvoorbeeld het medicijn Cetirizine) valt dat mee. Wie een neusspray of oogdruppels gebruikt, verlaagt het histamineniveau alleen op die specifieke plek.

Een andere optie is een medicijn met cromonen. De cromonen, bijvoorbeeld in oogdruppels, leggen een laagje aan rond immuuncellen die de irriterende stoffen uitscheiden. Nadeel is dat cromonen in tegenstelling tot anti-histaminica pas na een paar dagen werken.

Zwaardere klachten zijn te behandelen met corticosteroïden, ontstekingsremmers, zoals prednison. Nadeel zijn de zware bijwerkingen, zoals botontkalking en gewichtstoename, al valt dat bij een inhalator, neusspray of oogdruppels mee. Wie ernstige allergische klachten heeft, kan zogeheten IgE-remmers toegediend krijgen. IgE is het anti-lichaam dat de allergische reactie op gang brengt. Erg effectief, maar prijzig: de behandeling kost duizenden euro’s per kuur en de werking is niet blijvend.

Helpt honing?

Je hoort soms verhalen van mensen die zweren bij locale honing om hun allergie mee te dempen. Honing bevat namelijk pollen en als je door elke dag een eetlepel te nemen steeds wordt blootgesteld aan de pollen uit je eigen omgeving, zou je immuunsysteem eraan wennen. Maar hier is geen wetenschappelijk bewijs voor gevonden. In een onderzoek uit 2002 kregen deelnemers honing met lokale pollen, gefilterde honing of maisstroop met een honingsmaakje, zonder dat ze wisten welk van de drie. Er is geen verschil aangetoond. Honing bevat weliswaar pollen, maar juist niet de pollen die hooikoorts veroorzaken.

Toch is het honing-idee nog niet zo gek. Het lijkt namelijk op een behandeling waarvan de werking wel bewezen is: immuuntherapie. Hierbij krijg je in de loop van twee tot drie jaar steeds een beetje meer pollen ingespoten. Die opbouw moet zo langzaam, omdat je anders alsnog een allergische reactie krijgt. Door dit langzaam opbouwen, wordt je afweersysteem opnieuw geprogrammeerd – blijvend. Die methode is de laatste jaren flink verbeterd, legt Van der Veen uit: “Het nadeel is dat deze nog altijd bij dertig tot vijftig procent van de patiënten niet aanslaat, en pas na maanden duidelijk wordt of het werkt.” Ook varieert het effect nogal: de een kan na de behandeling stoppen met alle medicatie, de andere patiënt heeft alleen wat minder klachten. Maar mocht je echt heel veel last hebben, dan is ’t voor jou wellicht het proberen waard.

Tips voor minder last

* Doe buitenactiviteiten liefst ’s ochtends

* Draag een zonnebril, bij voorkeur een lekker grote

* Lucht je huis ’s ochtends, maar zet de deuren niet tegen elkaar open

* Kleed je uit buiten de slaapkamer en laat de ‘bepolde’ kleding daar

* Ga bij voorkeur aan de kust wonen. Daar komen relatief minder pollen voor

* Haal geen bloeiende bloemen in huis

* Laat je was niet buiten drogen

* Dep prikkende ogen met een natte doek

* Spoel een verstopte neus met een lichte zoutoplossing

Tekst: Jop de Vrieze 

Laatste nieuws