Schrijfster Franca Treur: “Bij het schrijven heb ik een keer de macht”

Schrijven helpt tegen schuldgevoelens ...

In haar derde roman Hoor nu mijn stem keert Franca Treur (38) terug naar de wereld van het streng gereformeerde geloof. Schrijven helpt tegen haar schuldgevoelens en het bevrijdt.

Franca in het kort
Franca Treur groeide op in een bevindelijk gereformeerd boerengezin in Zeeland. In haar studententijd nam ze afstand van het geloof. In 2009 brak Franca door met haar debuutroman Dorsvloer vol confetti, over de rol van verhalen in het leven van een meisje dat opgroeide in een strenggelovig Zeeuws gezin. Het boek ontving meerdere prijzen en werd verfilmd. In haar derde roman Hoor nu mijn stem keert Treur terug naar de wereld van het streng gereformeerde geloof. Het boek gaat over Ina, die opgroeit in een wereld waar vrouwen niet echt meetellen. Alleen tante Ma is een uitzondering; zij staat op een heilig voetstuk. Ina emancipeert zich tot radio-interviewer Gina. Maar dan verliest ze haar baan, haar geliefde en haar waardigheid. Haar leven lang heeft ze geïnformeerd naar de ideeën van anderen, maar hoe staat het met haar eigen innerlijk?

Zonder structuur lukt het ook
“Soms vind ik het intimiderend om te zien hoe andere schrijvers werken met schema’s en binnen een jaar een boek schrijven. Ik maak geen planning en heb geen structuur. Het begint bij de personages, dingen die ik interessant vind en zo groeit het verhaal. Soms blijkt na een paar weken schrijven dat het idee niet meer werkt en moet ik veel weggooien: een inefficiënt proces, maar ik heb het omarmd. Want als ik wél een schema maak, werkt het juist niet. Het type boek dat ik schrijf is vrij psychologisch, een zoektocht. Als ik zelf het antwoord al weet op de vraag, dan hoef ik het boek niet meer te schrijven.”

Schrijven helpt tegen schuldgevoelens 
“De onderliggende vraag ontstaat vaak halverwege het schrijven. In Hoor nu mijn stem is het: hoe kun je je verbinden met mensen die heel anders denken dan jij? Je wilt gewoon dat de mensen van wie je houdt min of meer hetzelfde in het leven staan. Als je net als ik of Gina in het boek besluit niet meer te geloven, is dat een keuze tegen je oude leven. Je zegt onbewust: hier is het beter dan bij jullie. Sommige mensen voelen zich daar schuldig over, zeker als je christelijk bent opgevoed. Dan kun je altijd wel iets vinden om je schuldig over te voelen. Ik heb geleerd dat het schrijven over die processen van schuldgevoel me helpt. Ik herken het nu sneller en weet waar het vandaan komt, daardoor lukt het me om er minder door geraakt te worden.”

Schrijven is emanciperend
“Ik beschrijf een wereld die draait om God, de kerkenraad, de dominee; mannen die bepalen hoe jij over dingen moet denken. Als vrouw heb je daar niet zoveel tegen in te brengen. Bij het schrijven heb ik een keer de macht. Ik bedenk hoe het op papier komt en niemand die er iets over te zeggen heeft. Dat voelt heel emanciperend en bevrijdend.”

Uitdaging haalt het beste in je naar boven 
“Je kunt maar één keer verrassen met een debuut, daarom was de druk bij Dorsvloer vol confetti ook zo groot. Ik moest laten zien wat ik kon en het moest goed zijn. Bij een tweede boek weet je: iedereen gaat harder oordelen. Mensen vroegen zich af of ik het nog een keer kon of dat het bij één succes zou blijven. Ik ga heel hard op uitdaging. Het geeft me de drive om te laten zien dat ik het kan. Ik heb geleerd dicht bij mezelf te blijven. Als ik zelf geboeid blijf, vertrouw ik erop dat het anderen ook boeit. Ik ben zelf namelijk nogal snel verveeld en dat is voor mij het teken dat iets niet goed is.”

Niks mis met gemeenschapsgevoel
“Waar ik best jaloers op kan zijn, is het gemeenschaps- gevoel van gelovigen. Zeker binnen de refowereld gebeurt alles binnen de reformatorische zuil en leef je totaal afgescheiden van de wereld. Het nadeel daarvan is het vijandbeeld dat je van de buitenwereld krijgt. Maar het samen zijn, is iets wat ik wel mis in de huidige wereld. Ik probeer dat een beetje na te bootsen bij mijn lezingen. Mensen die vroeger naar de kerk gingen, voelen ook dat gemis. Aan de andere kant zijn ze ook opgelucht, omdat ze verlost zijn van alle schuldgevoelens die bij het geloof komen kijken en van het idee dat God alles ziet en overal boos om wordt. Als we het over zingeving hebben en over de vragen waar mijn hoofdpersoon mee worstelt, dan voelt zo’n literair zaaltje even als een kleine gemeenschap.”

Swifferen is soms beter dan praten 
“Ik kom van het platteland en daar leeft het idee heel sterk dat je van fysiek werk opknapt als het in je hoofd niet lekker zit. Maak je je zorgen, ga dan je het huis schoonmaken. Dat werkt bij mij ook goed. We leven in een tijd van eindeloos praten en analyseren met vriendinnen, de stadse manier waar ik ook aan meedoe, maar soms is schoonmaken gewoon de meest bevredigende manier om het hoofd leeg te maken. Na flink swifferen, als er van die enorme zwarte stofplukken aan het doekje zitten, voel ik me moe en voldaan en slaap ik ook nog eens heel lekker.” 

Contact is de zin van het leven 
“Schrijven en lezen helpt me om te gaan met de zinloosheid van het leven. Vroeger thuis draaide alles om God en als dat wegvalt omdat je niet meer gelooft, dan doet niets er meer toe. Dat vond ik een heel deprimerende gedachte. Ik leerde de wereld kennen door romans te lezen. Zo leerde ik gevoelens te benoemen en te observeren. Daar heb ik veel aan gehad. Het is toch fantastisch dat je door een boek te lezen connectie maakt met iemands geest, op een manier die vaak veel betekenisvoller is dan met iemand op een terrasje zitten. Je hebt écht contact en daarin zit betekenis. Niet per se in een godsdienst, dat is een kant- en-klare manier die is aangepraat.”

Lees ook: Carrierelessen van Kim Kever: Geluksmomenten mag je best vaker dan één keer vieren

Tekst: Jessica van Zanten | Beeld: Annaleen Louwes 

Laatste nieuws