De carrièrelessen van Fidan Ekiz

Ze heeft keihard moeten werken om te komen waar ze nu is, en haar faalangst en perfectionisme houden haar scherp. De carrièrelessen van Fidan Ekiz.

Ze heeft keihard moeten werken om te komen waar ze nu is, en haar faalangst en perfectionisme houden haar scherp. De carrièrelessen van journalist, presentator en documentairemaker Fidan Ekiz.

Hoe ziet een doorsnee werkdag er voor jou uit?
“Ik sta om 7.00 uur ’s ochtends op – of vroeger omdat ik mijn zoontje naar de crèche moet brengen. Als ik hem heb weggebracht, lees ik eerst de kranten, meestal online. Daarna beantwoord ik mails en ga ik, afhankelijk van mijn afspraken en opdrachten, na mijn ontbijt en ‘make-over’ het huis uit. Ik werk ook regelmatig vanuit huis, meestal als ik schrijfopdrachten heb. Sinds een week werk ik aan een documentaire, waar ik veel research voor moet doen. Ik schrijf een script en zet afspraken uit voor voorgesprekken.”

Hoe ben je gekomen waar je nu bent?
“Ik ben begonnen op de redactie van een regionale krant. Vervolgens heb ik voor Nederlandse media als correspondent in Turkije gewerkt. Na vier jaar ben ik teruggekeerd naar Nederland, waar ik een heel andere weg ben ingeslagen: die van presentatie, documentaires maken en televisieoptredens.”

Wat maakt journalistiek jouw ding?
“Ik ben nieuwsgierig en een nieuwsjunk. Ik houd ervan om research te doen en verhalen op te zoeken. Ik moet iets ‘maken’, een verhaal vertellen. Ik wil mensen graag informeren, iets losmaken bij ze.”

Wat zijn de eigenschappen van een goede journalist?
“Nieuwsgierig zijn en blijven. Cynisme is killing voor een journalist, vind ik. Je moet goed kunnen netwerken en je ego opzij kunnen zetten. Een journalist werkt eigenlijk altijd. Je moet constant alert blijven en je ergens een onderhoudende mening over kunnen vormen.”

Een carrière-no-go?
“Ellebogenwerk.”

Het grootste obstakel in jouw carrière?
“Faalangst en perfectionisme. Die twee kan ik niet los van elkaar zien. En nee, ik heb het niet helemaal overwonnen. Ik wil het ook niet overwinnen, want het houdt me scherp. Inmiddels weet ik dat ik het onderniveau haal en durf ik op mijn kwaliteiten te vertrouwen. Maar ik denk nooit: dat doe ik wel even. Ik ben altijd goed voorbereid en leg de lat heel hoog voor mezelf. Mijn perfectionisme is in die zin een obstakel: het vreet energie, van mij en soms ook van mijn omgeving.”

Waardevol carrière-advies?
“‘Impossible is nothing,’ zei Muhammad Ali eens. Niet tegen mij persoonlijk, helaas.”

Welk advies zou je meegeven aan iemand die hetzelfde wil bereiken als jij?
“Ik zou Ali citeren en zeggen dat je na je studie heel hard moet werken. En dan bedoel ik echt heel hard. Ik sliep regelmatig op de redactie van het Rotterdams Dagblad. Ik zorgde ervoor dat ik opviel, dat ik leerde en leerde, dat ik kansen kreeg. Kansen komen niet vanzelf naar je toe. En als je ze krijgt, moet je ze grijpen. Nooit gemakzuchtig worden. Ik heb tijdens mijn opleiding – die ik zelf heb betaald – onder meer als kassière, krantenbezorgster, schoonmaakster en vakkenvuller gewerkt. Van elk baantje leerde ik iets: discipline, collegialiteit… En nu kan ik, dankzij die jaren dat ik om vijf uur ’s ochtends naast mijn bed stond om voor schooltijd het Algemeen Dagblad te bezorgen, doen waar mijn hart ligt.”

De carrièrelessen van topvrouw Gerdi Verbeet >

Fotografie: Annelies Verhelst

Laatste nieuws