Saïd had nog maar kort een relatie met Alima toen ze fysiek geweld begon te gebruiken. Aanvankelijk verbaasde hem dat, dat déden vrouwen toch niet? Maar het ging van kwaad naar erger. "De continue stress en angst voor haar ontploffingen waren slopend."
Saïd: "Ze dwong me om urenlang sex te hebben, tot ze klaarkwam. Maar het lukte niet. Alima werd furieus en spuugde me in mijn gezicht. Ze werd hels als ze haar zin niet kreeg. Naast spugen, sloeg en schopte ze ook. Ik wrong me in steeds meer bochten om haar niet boos te maken. Uiteindelijk hebben we het tien jaar met elkaar uitgehouden. Nu kan ik niet meer. Ik ben kapot van de stress.
Onverklaarbare woede
Had ik toen geweten wat voor vrouw Alima is, dan was ik er natuurlijk nooit aan begonnen. Maar ze zag er goed uit en was leuk toen ik op straat toevallig met haar in gesprek raakte. We bleken bij elkaar in de buurt te wonen. Toch was ik niet op de versiertoer. Door allerlei omstandigheden waarover ik niet wil uitweiden was ik er niet zo best aan toe. Ik had geen werk, geen vrienden en had amper een dak boven mijn hoofd met alleen een kamer in het huis van een kennis. Een vrouw mee uit nemen was helemaal geen optie. Maar dat kon Alima niks schelen. Op dag drie na die eerste ontmoeting deelden we het bed en vrijwel meteen daarna vormden we een stel. Ik trok bij haar in. In die nieuwe situatie en verblind door mijn eigen problemen, zag ik niet hoe ze echt was.
Bij haar thuis viel het me wel meteen op dat ze de dingen wat raar aanpakte. Ze had het niet breed, maar kocht allerlei nutteloze spullen en liet de vaste lasten wachten. Het huishouden was niet haar ding. Het aanrecht en de tafels stonden altijd vol vuile spullen en haar kleren lagen overal behalve in haar kast. Zei ik er voorzichtig iets van, dan leek het alsof dat helemaal niet tot haar doordrong. Het interesseerde haar gewoon niet, dus nam ik maar wat taken op me. Binnen de kortste keren runde ik het hele huishouden. Maar goed, ik hield van haar. Ook al betekende dat dat ik altijd bezig was.
Niet lang daarna begon ze ook boos te worden als ik haar troep opruimde. En ze ging me saboteren. Was ik aan het stofzuigen, dan trok ze doodleuk de stekker eruit. Ze schold me verrot als ze natte voeten kreeg omdat ze de vloer van de douche niet had drooggemaakt, en ze liet de deuren trillen in hun sponningen. Kwade buien waren steeds meer aan de orde van de dag. Zelf wist ze ook niet goed waarom. Ik kwam er steeds meer achter dat we geen goed gesprek konden voeren. Soms was het alsof ik tegen een kind praatte en daardoor voelde ik me heel eenzaam. Als ik aan Alima vroeg waarom ze zich zo gedroeg, werd ze alleen maar nog kwader. De afstandsbediening vloog steeds vaker door de kamer en de tv ook een keer. Wat ik toen nog niet wist, is dat Alima lijdt aan borderline.
Niet naar de wc
Helaas gingen haar enorme woede-uitbarstingen al vrij snel ook gepaard met fysiek geweld. Toen we ongeveer twee maanden samen waren, begon Alima te slaan en te schoppen als ze boos was. Aanvankelijk was ik vooral stomverbaasd. Vróuwen doen dit soort dingen toch niet? Bij huiselijk geweld denk je aan een man die dronken thuiskomt en de boel – en zijn vrouw – kort en klein slaat. Het kwam niet in me op om haar terug te slaan. Ik hield haar liever stevig vast, zodat ze niet meer kon uithalen en zou kalmeren. Voor eventjes. Alima’s buien waren onvoorspelbaar. Dat was ontzettend eng en ik was bang. Voor mezelf, maar ook dat de buren haar zouden horen of, erger nog: dat ze de politie zouden bellen. Wie zou me geloven als ik zei dat ík degene was die werd mishandeld?
Die angst werd alleen maar groter toen onze dochter Elaine werd geboren. Ik wilde rust en veiligheid voor haar, maar met alle agressie in huis werd ik steeds banger dat ze ons zou worden afgepakt.
Terwijl ik goed voor haar wilde zorgen, sloeg Alima door in haar beschermingsdrang. Ze was panisch dat Elaine iets zou overkomen. Het liefst wilde ze dat ze helemaal niet buiten kwam, zodat er niets kon gebeuren. Ze heeft het zelfs gepresteerd mijn net bereide pan avondeten van het fornuis in de wasbak te gooien, omdat ze bang was dat Elaine zich eraan zou branden. Elaine mocht op school niet naar de wc die was te vies. Haar waarschuwingen waren eigenlijk dreigementen. Toen ik onze dochter daarna van school ging halen, kwam ze over het schoolplein aanlopen met een natte broek. Alima verweet mij alles wat in haar ogen niet oké was en schold me de huid vol als ik heel voorzichtig wat wilde opruimen of met Elaine naar buiten wilde. Alles draaide uit op ruzie. En soms op blauwe plekken.
Tot alles in staat
Ik werd thuis steeds stiller, probeerde niet op te vallen en deed ontzettend mijn best om de boel draaiende te houden, terwijl Alima alles saboteerde. Vrijen vond ik steeds moeilijker, omdat ze totaal niet aantrekkelijk meer voor me was. Dat pikte Alima niet. Als ik door alle stress en druk geen erectie kreeg werd ze woest, tot slaan aan toe. Tijdens een van onze vrijpartijen was het zo erg dat ik uit pure paniek om drie uur ’s nachts het huis uit rende.
Wat ik al die jaren voelde is moeilijk te omschrijven. De continue stress en angst voor haar ontploffingen waren slopend. En ik was altijd bang voor wat ze nu weer zou bedenken. Geweld schuwde ze niet. En ze zat ook ontzettend met zichzelf in de knoop. Het dieptepunt was dat Alima zichzelf wilde ophangen in ons huis. Daar schrok ik zó van. Op dat moment realiseerde ik me dat ze tot alles in staat was. Het was een onhoudbare situatie. Maar ik kon geen kant op. Verliet ik Alima, dan zou ik Elaine misschien wel nooit meer zien. Gelukkig kreeg ik vorig jaar door een samenloop van omstandigheden hulp. Alima had al een poosje psychische begeleiding en praatte met iemand, maar dat stopte om de een of andere reden. Het wijkteam zou haar verder helpen. Om meer over haar situatie te weten te komen, namen de teamleden ook contact met mij op. Ze wilden weten hoe Alima zich thuis gedroeg. Aanvankelijk had ik wat reserves, maar ik begon toch meer te vertellen. Over haar gedrag. En uiteindelijk ook over de mishandeling. Het team kwam bij ons thuis langs. Er was weinig tijd voor nodig om te zien hoe gestrest ik daar rondliep. Het zweet droop nog net niet van mijn handen. Na veel overleg en de nodige gesprekken werd de Kinderbescherming ingeschakeld voor Elaine. En als ik wilde, was er een plekje voor mij in de mannenopvang. Daar moest ik goed over nadenken. Wat een voordeel was, was dat Elaine met me mee mocht. Uiteindelijk gaven haar veiligheid en de mijne de doorslag. Het was een kans op een beter leven.
Heel voorzichtig begon ik erover bij Alima. Ik drukte haar op het hart dat ze hulp nodig had omdat ze het zo moeilijk had en dat ze zich in alle rust moest focussen op haar herstel. En dat het daarom beter was als wij een poosje ergens anders gingen wonen. Dat wilde ze godzijdank wel. Inmiddels is dat acht maanden geleden.
Opnieuw beginnen
Elaine en ik gaan twee keer per week langs bij Alima. Omdat ik me nog steeds verantwoordelijk voor haar voel, regel ik nog wat zaken voor haar, zoals de financiën. Alima denkt dat we nog steeds een relatie hebben en dat we tijdelijk apart wonen, zodat zij aan haar gezondheid kan werken. Ik laat haar nog even in die waan. Ik heb geen idee hoe ze reageert als ik zeg dat het over is tussen ons. Misschien doet ze ons iets aan of wil ze Elaine van me afpakken. Intussen ben ik druk op zoek naar een huis voor mijn dochter en mij. Aan de toekomst durf ik nog maar een beetje te denken. Eerst moet het rustig worden. Pas daarna kunnen Elaine en ik helemaal opnieuw beginnen. Heel af en toe zie ik al een klein streepje licht."
Dit artikel verscheen eerder in Marie Claire februari 2017.
Tekst: Marjolein Straatman | Beeld: Andrew Neel (Pexels)