Het zoeken naar die ene leuke man is een aanslag op Leonie (34) haar zelfbeeld en met Tinder heeft ze inmiddels een haat-liefdeverhouding. "Ik ben in therapie gegaan, omdat ik me eenzaam voel en me elke afwijzing zo persoonlijk aantrek dat ik dagen van slag ben."
Weer single
"Drie jaar geleden beëindigden Jurgen en ik na twaalf jaar onze relatie. Jurgen kon in ons huis blijven wonen en ik kocht met hulp van mijn ouders een appartementje in de stad. Wat was ik die eerste maanden blij! Ik kon doen en laten wat ik wilde, hoefde niet meer op mijn tenen te lopen, en ik had voor het eerst in mijn leven een eigen plekje dat ik helemaal naar mijn eigen smaak inrichtte.
Toen kwam Tinder
De eerste maanden was ik zelden alleen. Ik nodigde collega’s uit, kookte met vriendinnen of zorgde dat ik ergens onder de pannen was. Totdat de vakantieperiode aanbrak en al mijn vriendinnen en collega’s hun eigen plan trokken. Zij gingen met hun partner en gezin op vakantie, en ik zat plotseling avond aan avond alleen op de bank. Om de sleur te doorbreken, boekte ik een minivakantie met mijn zus en schoonzus op Texel. Heerlijk was het. Maar toen ik bij terugkomst mijn tassen in de hal zette en er helemaal niemand was die vroeg hoe ik het had gehad, voelde ik me voor het eerst echt een beetje eenzaam. Die avond installeerde ik Tinder op mijn telefoon. Ik wilde weer een man in mijn leven, iemand om op de bank tegenaan te zitten, mee te kletsen en sex mee te hebben. Dat laatste was echt al een eeuwigheid geleden.
Appjes en foto's
Met Tinder ging er een wereld voor me open. Wat een aanbod! Mannen met honden, baarden, kinderen, een halter of een biertje in hun hand, zag ik al swipend voorbijtrekken. Vaak met maar drie regels tekst, wat het allemaal niet echt makkelijk maakte. Sowieso is het lastig om te kiezen met welke man je in gesprek wilt gaan, want wat zeggen foto’s nou eigenlijk? Ik deelde hier en daar likes uit en kreeg een paar (super) likes terug. En zo ontstonden de eerste matches.
De eerste man met wie ik lekker kon kletsen, was Raymond. We hadden dezelfde humor en hij bleek ook nog een interessante baan te hebben. We wisselden telefoonnummers uit en spraken af elkaar snel live af te ontmoeten. Omdat hij voor zijn werk in het buitenland verbleef, zat er een dag of tien tussen ons eerste contact en de echte date. Tien dagen waarin hij appte, foto’s stuurde en zelfs twee keer belde om te vragen hoe het met me ging. Hoewel we elkaar nog niet gezien hadden, begon in mijn hoofd de film van ons tweeën al te draaien. Ik kon er niks aan doen. Stelde me voor hoe ik deze man aan mijn vriendinnen zou voorstellen of aan mijn ouders… Samen op vakantie… O, en had hij niet gezegd dat hij een caravan had? Op zondagmiddag was het zover. Op zijn verzoek hadden we afgesproken om koffie te drinken in ’t Gooi, op een terras aan de hei. Voor mij was die locatie bijna een uur rijden, voor hem slechts vijf minuten fietsen. Toch kwam hij te laat.
Op het moment dat hij het terras op kwam lopen en zijn hand opstak, schrok ik. Dit kon hem toch niet zijn! Op mijn Tinder-profiel had ik duidelijk geschreven dat ik op lange mannen val; ik ben 1.78 meter en wil niet boven een man uittorenen. Raymond was echter een hele kop kleiner dan ik en leek zelfs niet op de foto’s op Tinder. Ik probeerde mijn teleurstelling niet al te erg te laten blijken en er maar gewoon een gezellig kopje koffie van te maken. Dat bleek al een hele opgave. Toen we tegenover elkaar zaten, vielen er ongemakkelijke stiltes en vonden we maar weinig aanknopingspunten voor een gesprek. Na een uurtje reed ik naar huis, een illusie armer maar een ervaring rijker. Die eerste date leerde me dat je niet te veel contact moet hebben voordat je met iemand afspreekt. Omdat je dan al je wensen op die persoon gaat projecteren en je fantasie met je aan de haal gaat. Maar ‘weinig contact vooraf’ is ook lastig, want je wilt graag weten wat voor vlees je in de kuip hebt voordat je stad en land afrijdt.
Verkeerde mannen
's Avonds draaide mijn telefoon overuren en ontving ik het ene na het andere bericht: ‘Hoe is het met je?’ ‘Leuke uitstraling heb je.’ ‘Wat zoek jij in een man?’ Zodra ik echt met een man aan de praat raakte, gingen de gesprekken al snel over hun kinderen, exen, huizen en verbouwingen, soms kreeg ik zelfs foto’s van veranda’s en bouwprojecten te zien. Ik stond er versteld van hoeveel mensen prijsgeven, terwijl je nog volstrekt vreemden bent voor elkaar.
In dat eerste jaar als single sprak ik met veel mannen af. Mannen die bij het eerste gesprek lieten doorschemeren dat ze bindingsangst hadden, niet meer in de liefde geloofden, of die openhartig waren over hun verslavingen, vechtscheiding of de problemen met hun kinderen. Daar liep ik niet echt warm voor. Sterker nog: ik begon me af te vragen of ik soms een neus had voor types die alleen maar problemen hadden.
Mijn vriendinnen, die eerder dachten dat ik gewoon happy single was, gingen ook voor me op zoek. Iedereen had wel een vrijgezelle neef, buurman of collega, dus ik kreeg allerlei namen en socialmedia-accounts toegespeeld. Ondertussen bestond zo’n beetje mijn hele weekend uit koffiedates, lunches en wandelingen. Ik werd er knap onrustig van. Wat ook niet meewerkte, was dat mijn omgeving ongevraagd m’n mislukte dates begon te becommentariëren. Ik was te kritisch. Of – deze kan ik wel uitkotsen – ik moest eerst maar eens van mezelf leren houden. Met Tinder had ik inmiddels een soort haat-liefdeverhouding. Zelfs als ik doodmoe was, scrolde ik in bed gerust twee uur door al die profielen. En zodra ik ’s ochtends wakker werd, greep ik naar mijn telefoon om te zien of ik nog berichten had.
Hij wilde geld!
Net toen ik had besloten om ermee te kappen en Tinder van mijn telefoon te gooien, kreeg ik een berichtje van Mike. Hij kwam een beetje over als een player, maar toch besloot ik hem een kans te geven. Zijn berichtjes waren stukken leuker dan ik gewend was. Na een week nodigde ik hem bij mij thuis uit om sushi te komen eten. Mike verzekerde me dat hij niet uit was op een avontuurtje. Hij had het wel gehad met al die onenightstands. Misschien was mijn eerste indruk toch verkeerd, bedacht ik, en was hij veel serieuzer dan ik dacht. Nog diezelfde avond ging ik met hem naar bed en hij bleef ook meteen maar slapen. Toen ik de volgende morgen een eitje voor hem stond te bakken, voelde ik me best gelukkig. Bij ons afscheid zei hij dat hij me snel zou appen. Maar je raadt het al: er gingen dagen overheen voordat ik iets van hem hoorde. In gesprekken was hij altijd warrig en gehaast. Ik had bijvoorbeeld geen idee waar hij zijn geld mee verdiende. Hij deed iets met oude auto’s en ergonomische stoelen, huizenverkoop in Duitsland, maar hij knapte ook nog oude woningen op in Italië.
Tijdens onze eerste ontmoeting had hij verteld dat hij vrijwilligerswerk in Afrika had gedaan en daar een goede vriend aan over had gehouden. Toen hij na een week opeens weer wat van zich liet horen, zei hij dat die vriend een noodkreet naar hem had gestuurd omdat-ie geld nodig had. Mike schreef dat hij het me bijna niet durfde te vragen, maar of ik misschien wat geld kon missen. Hij was zelf niet in de situatie om iets voor zijn vriend te doen. Ik voelde aan alles dat dit geen zuivere koffie was. Dacht hij nou werkelijk dat ik zo dom was dat ik zomaar geld zou overmaken? Als klap op de vuurpijl stuurde Mike een dag later een foto van een oude Porsche die hij zichzelf cadeau had gedaan. Ik heb hem meteen geblokkeerd. Wat een fantast! Maar ik vond het vooral erg dat ik me met zo’n type had ingelaten.
O nee, toch niet
Gaandeweg werd ik ongelukkiger en hunkerde ik steeds meer naar een normale man om mee te netflixen en een wandeling te maken of naar een restaurant te gaan. Toen ik van iemand hoorde dat je serieuze mannen niet op Tinder vindt maar op datingsites, maakte ik meteen een account aan. Diezelfde avond kwam ik Steven tegen, een oud-collega met wie ik altijd plezierig had samengewerkt. Stel je voor: je kent elkaar al jaren en dan is er een datingsite voor nodig om weer contact met elkaar te krijgen!
Steven vond het een leuk idee om af te spreken en nodigde me uit voor koffie bij hem thuis. Het was fijn en voelde vertrouwd. We maakten een vervolgafspraak bij mij thuis, en ik kookte voor hem. Bij het afscheid begon hij me te zoenen. Hij zei dat-ie me altijd al leuk had gevonden. Ik wist niet of ik echt verliefd was, maar wilde het in ieder geval onderzoeken. Drie weken lang hebben we elkaar geregeld gezien. Ik werd heel blij van ons contact en stond op het punt om wereldkundig te maken dat we iets met elkaar hadden. Maar bij ons laatste etentje deed Steven ineens wat terughoudend. Of beeldde ik me dat maar in? De volgende morgen kreeg ik een appje waarin hij liet weten dat hij niet verliefd op me was en we het maar hierbij moesten laten. Hij zei: ‘Het ligt niet aan jou, maar…’ Wat ik toen niet kon vermoeden was dat ik die zin nog heel vaak te horen zou krijgen. Het ligt nooit aan mij. Ik ben leuk, knap, lekker, lief en bijzonder, maar… uiteindelijk blijft er geen man plakken.
Inmiddels ben ik drie jaar en vijftig dates verder. Ik ben in therapie gegaan, omdat ik me eenzaam voel en me elke afwijzing zo persoonlijk aantrek dat ik dagen van slag ben. Tegelijkertijd ga ik na elke ‘nee’ het liefst meteen weer dat internet op. Mijn therapeut heeft me geadviseerd het zoeken naar een partner te staken en leuke dingen te gaan doen, een studie op te pakken of op een andere manier van mijn leven te leren genieten, zonder een man te beschouwen als voorwaarde voor geluk. Ik volg haar advies ten dele op, train nu drie keer per week met een hardloopclubje en ben op Spaanse les gegaan. En toch blijf ik bij alles wat ik onderneem, bij elke netwerkborrel of buurtbarbecue die ik bijwoon, onrustig om me heen kijken: is er misschien nog een leuke man?"
Dit artikel verscheen eerder in Marie Claire nummer van maart/april 2021.
Bron: Natasja Bijl | Beeld: Leah Newhouse (Pexels)