Window on the world: als je alles moet achterlaten

De 46-jarige Rania vluchtte uit Damascus en vertelt over het waardevolste voorwerp dat ze meenam: "De hele reis sliep ik ermee onder mijn kussen"

Je huis staat in de fik: wat neem je mee? Foto’s, geld, sieraden. Maar wat als er geen brand is, maar een allesverwoestende oorlog waarvoor je je thuisland moet ontvluchten? Rania (46) vertelt over het waardevolste voorwerp dat ze meenam. 

Rania is 46, gevlucht uit Damascus (Syrië) en sinds twee jaar in Nederland. Ze heeft twee zonen van 9 en 10, een dochter van 22 en ze is getrouwd.

“De school van mijn kinderen werd gebombardeerd terwijl zij in de klas zaten. Ze moesten schuilen onder hun stoeltjes en het is een wonder dat ze nog leven. Dat incident was voor mij de druppel. Ik vluchtte als eerste, om een veilige plek te vinden waar we als familie konden wonen. De man die mijn vlucht zou regelen, gaf ik al mijn gouden sieraden, en mijn zus uit Dubai betaalde nog eens achtduizend euro. Via Libanon en Turkije kwam ik met de boot aan in Griekenland en vanaf daar ben ik naar Nederland gekomen. Ik ben advocaat, dus uit een soort beroepsdeformatie had ik al mijn papierwerk bij elkaar in een mapje: mijn diploma, ons huwelijkscertificaat, paspoorten, noem maar op. Een van mijn zoons schreef een brief met ‘Mama, ik hou van jou’, de ander maakte een tekening. De hele reis sliep ik ermee onder mijn kussen. Om een stukje Syrië mee te nemen, schepte ik vlak voordat we ons huis verlieten wat zand in een zakje. Het raakt me diep als ik ernaar kijk. Alles is weg, kapotgebombardeerd, verdwenen. Mijn broer en zus wonen er nog en ze kunnen geen kant op, omdat het leger de grenzen streng bewaakt. Ik word gek van de zorgen en mis ze enorm.

Acht maanden nadat ik in Nederland aankwam mocht ik mijn man en kinderen weer in mijn armen sluiten. Eindelijk kon ik weer slapen. Mijn kinderen doen het fantastisch op school. Ze spreken de taal goed en mogen volgende maand al naar een normale school. Soms hebben ze wel last van wat er allemaal is gebeurd. Ze zijn bang van harde geluiden, bijvoorbeeld van vliegtuigen; van de juf mogen ze mij dan even bellen. Mijn dochter van 22 uit mijn vorige huwelijk is Syrië vlak na mij ontvlucht. Zij is in Zweden terechtgekomen en heeft daar de liefde van haar leven ontmoet. Ze heeft nu een dochtertje van vijf maanden. Natuurlijk mis ik haar, maar ik ben vooral trots. 

Ik vind Nederland een fijn land, de mensen zijn lief en behulpzaam. Maar mijn man, die vindt het hier helemáál geweldig. ‘Mooi land!’ roept hij elke dag. Helaas is het voor hem als elektriciën moeilijk om werk te vinden. Ik heb binnenkort een sollicitatiegesprek bij een advocatenkantoor. Ik hoop dat ik er stage mag lopen.”

Ook Ghadir (33) vluchtte en vertelt haar verhaal >

Tekst: Milou van der Will | Fotografie: Eline Hensen

Laatste nieuws