Lisa Loeb: 'Een geplande keizersnede leek me ideaal, maar nu is het toch wel erg spannend'

"‘Een zware buikoperatie’… die woorden gonzen na in mijn hoofd. Maar ik moet me eraan overgeven. Het is natuurlijk wel de leukst mogelijke operatie die je kunt ondergaan, want ik ga straks mijn baby voor het eerst ontmoeten."

Lisa Loeb (34) is presentator, schrijver en cabaretier. In Marie Claire schrijft ze over wat haar raakt en niet meer loslaat.

Boaz

‘Wat zou je ervan vinden als we vandaag de keizersnede doen?’ Het is zaterdag 10 februari en ik lig sinds gisteravond in het ziekenhuis. Na een makkelijke zwangerschap met weinig klachten heb ik op de valreep een heel hoge bloeddruk gekregen en ben ik ter observatie opgenomen. Maar de bloeddruk is alweer aardig gedaald en mijn keizersnede staat voor de 14de gepland, dus dit voorstel komt compleet uit de lucht vallen. De verpleegkundige verzekerde me voor het slapengaan nog dat ik dit weekend echt nog niet geopereerd zal worden, dus ik heb net ook flink ontbeten. Een luxueus ziekenhuisontbijt, daar neem je het natuurlijk van.

Maar nu zit er een onbekende gynaecoloog naast mijn bed, met een serieus gezicht. ‘De enige manier om je bloeddruk echt omlaag te krijgen is door de baby vandaag geboren te laten worden. Dus wat vind je ervan? Je vaste gynaecoloog kan straks de operatie doen.’  ‘Ik vind het best wel eng’, hoor ik mezelf antwoorden. Maar de spanning maakt al snel plaats voor realiteitszin: let’s go. Anders wordt het nog vier dagen wikken en wegen, wachten en me zorgen maken. Waar een geplande keizersnede me eerst ideaal leek (ik ben niet zo van de oermens vibe die rond bevallen hangt en voor mijn angststoornis is het prettig om te weten waar ik met een keizersnede aan toe ben), is het nu het zover is toch wel erg spannend. Zeker omdat ik mezelf afgelopen week gek heb gemaakt door op social media filmpjes te kijken van mensen bij wie de verdoving tijdens de keizersnede niet werkte, of die na afloop wekenlang vergingen van de pijn.

Na mijn beslissing gaat het ineens snel. Er is maar één wachtende voor me, en mijn uitbundige ziekenhuisontbijt maakt volgens de anesthesist niet uit voor de operatie. Dus wordt een infuus aangelegd, krijg ik een blotebillenhemd aan en word ik naar de operatieafdeling gereden. Mijn man mag gelukkig mee. ‘Een zware buikoperatie’… die woorden gonzen na in mijn hoofd. Maar ik moet me eraan overgeven. Het is natuurlijk wel de leukst mogelijke operatie die je kunt ondergaan, want ik ga straks mijn baby voor het eerst ontmoeten. De baby die al negen maanden ronddartelt in mijn buik.

Waar veel vrouwen op een roze wolk lijken te zitten tijdens de zwangerschap, vind ik dat hele zwanger zijn maar abstract. Ja, ik voel af en toe een schopje. Maar hoe het is om straks echt iemands moeder te zijn, daar kan ik me weinig bij voorstellen. Is dat normaal voordat je gaat bevallen? Komt het wel goed allemaal? Word ik wel een goede moeder? Veel tijd om hierover na te denken heb ik niet, want we worden opgehaald en de operatiekamer ingereden. Daar staat mijn vertrouwde gynaecoloog klaar, dit keer niet in haar gewoonlijke vrolijke bloes maar in een operatiepak. Ik had nooit gedacht dat ik me zo op mijn gemak zou voelen bij iemand die op het punt staat een vlijmscherp mes in mijn buik te zetten. ‘Ben je er klaar voor?’ vraagt ze. ‘Ja,’ antwoord ik. ‘Ik wil nog wel even zeggen dat ik het heel erg spannend vind en dat ik absoluut geen held ben, dus doe maar extra verdoving.’ Ze lacht. De anesthesist zet de ruggenprik en dat doet helemaal geen pijn. De eerste horde is genomen. Na een paar minuten vraag ik toch maar of ze niet met een pincet moeten testen of ik pijn voel. Maar de operatie is dan allang bezig. En voor ik het weet draait de anesthesist zich naar me om en zegt: ‘Hier komt hij! Hier komt Boaz!’. En daar is hij dan. Dat mannetje dat al die maanden in mijn buik gezeten heeft. Boaz Loeb Paarlberg. Dit is mijn zoon. En ik, ik ben zijn moeder. En dat voelt meteen alsof het nooit anders is geweest.