Mogelijke oplossing burn-out: het wettelijke recht op onbereikbaar zijn

Nu even niet.

Een werkmailtje na negen uur ’s avonds, een appje in het weekend… in onze 24-uurseconomie lopen werk en privé vaak door elkaar en ligt een burn-out altijd op de loer. Mogelijke oplossing:  het wettelijke recht op onbereikbaar zijn.

Overuren

Lees ook: Slaap jij in het weekend vaak uit? Grote kans dat jij last krijgt van een ‘social jetlag’

hanna, kun jij morgen…’, lees ik op donderdagavond om 21.06 uur. Mail van de baas. ‘Morgen’ is om te beginnen een freelancedag, zoals we dat bij mijn parttime werkgever zijn gaan noemen, een dag die bovendien bomvol interviews en een deadline zit. Ten tweede: waarom lees ik deze mail om zes over negen ’s avonds, op mijn telefoon die ik half onder de tafel verschuil, als mijn vriend tijdens ons romantische etentje even naar het toilet is? Nog zoiets: ik nam laatst twee weken vrij bij De Werkgever en ook mijn freelancewerk had ik óm die twee weken heen gepland. Omdat ik maanden na mijn verhuizing nog steeds geen vloer in de keuken had liggen. Dat schiet dus niet op, als je op je telefoon mailtjes, appjes en slack-berichten binnen blijft zien komen – ‘sorry dat ik je nog heel even stoor, maar…’. Een persoonlijk dieptepunt had ik een paar jaar geleden: terwijl mijn vier vriendinnen in Thailand buiten in de zee lagen, zat ik met mijn laptop opgesloten op onze hotelkamer, omdat mijn toenmalige werkgever iets niet kreeg opgelost zonder mij. Waarna ze me schaamteloos verzochten – niet vroegen – de dag na mijn terugvlucht meteen weer naar kantoor te komen. Een dag die ik extra vrij had genomen met het oog op een jetlag en uitpakken. En omdat we allemaal wisten dat ik mijn vakantiedagen dat jaar toch nooit op zou krijgen.

Voor de duidelijkheid: ik wil niet klagen. Ik vind mezelf niet zielig en ook geen bovengemiddeld harde werker. Grote kans dat mijn vriend gedurende datzelfde etentje ook zijn werkapps en -mail heeft gecheckt. En nee, ook hij is geen extreem harde werker. Met wat ik lees en hoor op dat gebied zijn wij gewoon middelmatig: je mail checken om negen uur ’s avonds, je laptop mee op vakantie, 24 uur per dag bereikbaar zijn – het hoort er inmiddels een beetje bij. Noem het onze collectieve nieuwe werkethiek. Noem het de tijdgeest.

Recht op onbereikbaarheid

PvdA’er Gijs van Dijk spreekt van een probleem, als het over deze constante bereikbaarheid gaat. Hij koppelt dit probleem vervolgens – vooralsnog zonder wetenschappelijke onderbouwing – aan het toenemende aantal burn-outklachten. In een interview met Trouw haalt hij cijfers aan van de onafhankelijke onderzoeksorganisatie TNO: “Een miljoen Nederlanders heeft last van klachten die wijzen op een burn-out. Van het ziekteverzuim, veroorzaakt door werk, is stress in 36 procent van de gevallen de oorzaak. Bijna één op de vijf werknemers van 25 tot 35 jaar heeft  ‘relatief vaak’ last van burn-outklachten.”

Van Dijk ziet uitkomst in een wettelijk recht op onbereikbaar zijn buiten werktijd. Het wettelijk recht om tegen je baas en collega’s te zeggen: nu even niet. “De jonge generatie werknemers is opgegroeid met de smartphone en met het idee dat werk en privé door elkaar lopen”, zegt hij in datzelfde interview. “Maar op een gegeven moment gaat het mis. Als lichaam en geest nooit rust krijgen, raakt de balans verstoord. Het zou goed zijn om na te denken over hoe wij willen leven. Willen we steeds bezig zijn met werk en de baas, of willen we ook een beetje ontspanning?”

Technostress

Filosoof Hans Schnitzler erkent de verstoorde balans. Hij schreef het boek Kleine filosofie van
de digitale onthouding en deed, om de zaak te bekrachtigen, zelf zijn smartphone weg. Hij haalt het concept ‘vloeibare tijden’ aan, van wijlen collega-filosoof Zygmunt Bauman: “Bauman stelt met zijn idee van vloeibare tijden dat klassieke onderscheidingen steeds minder duidelijk worden. Amateur versus professional, nationaal versus internationaal en ook werk versus privé. Hoe ingrijpend dat voor iemand is, hangt uiteraard af van karakter, maar veel mensen ervaren het verdwijnen van een harde grens tussen werk en privé als belastend. Je krijgt minder ruimte om op te laden, maar bijvoorbeeld ook om je gedachten te laten dwalen en zo op nieuwe ideeën te komen.”

Er wordt in deze context ook wel gesproken van technostress. TNO publiceerde een rapport over het fenomeen, waarin de volgende definitie wordt gehanteerd: ‘De stress en druk die men ervaart als gevolg van technologie, zij het door het omgaan met (de toepassingen van) technologie, de constante communicatiestroom die er mogelijk uit volgt of de prikkels die het met zich mee brengt.’ Verderop in het rapport schetsen de onderzoekers een herkenbare situatie: ‘Ook ontstaan er steeds vaker WhatsAppgroepen met collega’s. Medewerkers die op vakantie zijn, zullen deze groep niet snel verlaten, waardoor zij tijdens hun vakantie af en toe met hun aandacht bij het werk zullen zijn. Mogelijk komen zij hierdoor niet volledig ‘los’ van het werk, wat het herstel belemmert.’ Toon Taris, hoogleraar arbeids- en organisatiepsychologie: “Het is belangrijk dat je op gezette tijden mentaal herstelt van je werk. Dat lukt niet als je over dat werk wordt lastiggevallen op je telefoon.”

FOMO

Toch kunnen we niet alleen met de vinger naar onze baas en collega’s wijzen. Ergens is het elke keer weer een keuze, het moment dat je ’s avonds op de bank toch nog even je werkmail checkt. Want belt jouw baas je nou echt op als je niet reageert? Over het buiten werktijd beantwoorden van je mail schrijft TNO dan ook: ‘Vaak geeft men aan dat dit ‘rust geeft’, omdat ze op deze manier ‘de controle behouden’. Taris stelt: “Als jij je werk interessant en belangrijk vindt, kan ik me voorstellen dat je het juist als stressvol ervaart als je je in de avonduren en weekenden volledig van dat werk moet afsluiten.” Dat klinkt als een stukje FOMO: Fear of Missing Out.

Taris gaat verder: “Werk-privéconflicten gaan verder dan een telefoontje of mail buiten werktijd. Stel dat jouw baas je op gezette uren niet meer zou mogen lastigvallen, dan gaat het in je hoofd toch gewoon door? Je leest de krant, kijkt het nieuws, verbindt wat je leest en hoort aan je werk, denkt aan de vergadering van morgen… De stress die je mogelijk zou kunnen ervaren omdat dingen doorgaan, houdt niet op als je baas stopt met bellen en mailen. Je voelt je nog steeds betrokken bij de dingen die gebeuren.” Kan het dus zo zijn dat het allemaal in ons hoofd zit? Dat we er zelf voor kiezen om werk te laten interveniëren met onze privétijd? En zo ja, kunnen we dat dan ook weer uitzetten? “Kun je de tent wel om 18.00 uur dichtgooien in deze huidige 24-uurseconomie?”, vraagt de NOS in een artikel over de constante bereikbaarheid aan Sander Veenendaal, eigenaar van communicatiebureau Heldergroen, waar elke werkdag stipt om 18.00 uur de bureaus richting plafond worden getakeld. “Tuurlijk,” antwoordt hij, “de doordravende economie zit tussen je oren. Die kun je ook stopzetten.”

Wees kritisch

Schnitzler reageert instemmend: “Je kunt tot op zekere hoogte zelf kiezen hoe je je tot deze nieuwe werkelijkheid verhoudt. Enerzijds zijn er de verwachtingen van collega’s, van je baas.

Anderzijds kun je die verwachtingen managen. Geef je grenzen aan en bewaak die vervolgens ook.» Over het wegdoen van zijn smartphone: “Van mij verwachten mensen inmiddels niet meer dat ik buiten werktijd bijzonder snel reageer. Kijk eens kritisch naar je eigen gedrag. Is het voor al die mailtjes die je buiten werktijd beantwoordt wel echt zo nodig dat ze zo snel worden beantwoord? Sterker: móeten ze daadwerkelijk allemaal worden beantwoord? En een tip, hoe voor de hand liggend ook: leg die smartphone thuis nou gewoon eens uit het zicht.”

Taris vult aan: “Tegen mensen die tot de conclusie komen dat zij wel lijden onder een veeleisende werkgever zou ik zeggen: ga niet wachten tot die wet er komt om daarmee vervolgens je baas in een hoek te zetten – dat zal hij of zij je niet in dank afnemen. Probeer er zelf iets aan te doen en ga eens na waar het niet goed zit. Misschien past je baan niet bij jou of heb je gewoon een waardeloze baas, dat is natuurlijk ook heel goed mogelijk. Zorg dat je zelf uit dat hoekje komt. Het is een keuze om je lijdzaam op te stellen en over je heen te laten lopen.”

Ik kijk nog eens kritisch terug op die twee weken vakantie in eigen land om mijn keuken van vloer te voorzien. Was het mijn baas die van me verlangde dat ik online zou blijven? Hadden mijn collega’s me bij terugkomst minder aardig gevonden als ik hun mailtjes niet had beantwoord? Bleven ze me eigenlijk niet vooral mailen omdat ook ik bleef mailen? Ik heb afgelopen maandag iets voorgesteld: tijdens een vakantie verlaat je voortaan de appgroep en gaan Slack en je werkmail van je telefoon. Weet je wat mijn baas zei? “Súper goed idee, Channa.” Bazen, soms zijn het net mensen.

Nu Even Niet

– In Frankrijk waren ze de PvdA voor: op 1 januari 2017 kregen werknemers daar het recht om buiten werktijd volledig offline te zijn. Bedrijven met meer dan 50 werknemers moeten door middel van intern overleg zelf tot passende gedragscodes komen.

– In Duitsland mag met werknemers buiten werktijd alleen contact worden gezocht in uitzonderlijke gevallen of als iets écht niet kan wachten. Volkswagen en BMW gingen nog een stapje verder: Volkswagen sluit de mailserver buiten werktijd uit en BMW vraagt het personeel om vast te leggen op welke tijden ze onbereikbaar willen zijn.

– Kamp je zelf met online stress? Met 1dagoffline.nl kun je alleen, met vrienden of met collega’s digitaal detoxen. De offline box geeft je 15 opdrachten die je helpen ontspannen en reflecteren.

– In het boek It doesn’t have to be crazy at work betogen Jason Fried en David Heinemeier Hansson dat lange werkdagen, een hoge werkdruk en gebrek aan slaap geen dingen zijn om over te pochen, maar juist een teken van stupiditeit.

Tekst: Channa Brunt | Beeld: iStock

 

Laatste nieuws