Passief-agressieve uitspraken die we nog te vaak op de werkvloer horen

Hoe ga je ermee om en hoe voorkom je dat je zelf een tikkeltje chagrijnig overkomt?

Goede communicatie is key om het gezellig te houden op de werkvloer – en het komt de efficiëntie van je werk ook nog eens te goede. Toch schijnen we zowel in face to face-gesprekken als in emails nog regelmatig een subtiele sneer uit te delen aan collega’s en andere contacten. Een klinisch psycholoog vertelt welke passief-agressieve dingen nog té vaak gezegd worden.

Tactvolle communicatie

Tuurlijk is het in veel gevallen goed om het je collega’s, klanten of andere professionele relaties te laten weten als je ergens meezit. Maar laten doorschemeren dat het niet lekker loopt met zinnen als ‘zoals ik al zo vaak heb gezegd’ of ‘zoals de meeste van ons denken’, is daarbij geen goed idee, vertelt klinisch psycholoog Ryan Howes. “Het probleem met passief-agressieve uitspraken is dat ze geen opbouwende kritiek geven, want mensen hoeven niet per se door te hebben wat er mee bedoeld wordt”, vertelt hij aan HuffPost “En het geeft je zelf ook geen voldoening om passief-agressief te zijn, want je laat niet je gedachten horen. Je geeft iemand een steek onder water.”

Als je niet tevreden bent over een project of een collega, kun je dat beter tactvol communiceren. We zetten de meest voorkomende passief-agressieve uitspraken op de werkvloer op een rijtje en geven alternatieven.

1. ‘Zoals ik al zei’

“‘Zoals ik al zei’, ‘zoals ik al even noemde’ of ‘zoals ik schreef in mijn vorige email’ zijn allemaal passief-agressieve varianten waarmee je iemand laat weten dat ze eerdere communicatie gemist hebben”, zegt Anyelis Cordero van Propel On Purpose Coaching. “Als je deze zinnen vaak gebruikt, is het misschien een teken dat je moet kijken naar je manier van communiceren. We verwachten dat andere mensen onze emails lezen en precies snappen wat we bedoelen, met de juiste nuances. Maar dat werkt niet altijd zo.”

Ook is het een manier van mensen om zichzelf in te dekken en de schuld naar de ander te schuiven. “Je kunt niet boos worden, want jij was gewoon niet goed geïnformeerd”, vat organisatiepsycholoog Laura Gallaher het samen. Een beter alternatief is volgens haar om iemand “vergevingsgezind te benaderen en simpelweg de nodige informatie te geven, in plaats van gefrustreerd te raken omdat je jezelf moet herhalen.”

2. ‘Ik zet de leidinggevende in de CC’

Ken je het? In een mailconversatie wordt op eens een baas, leidinggevende of manager toegevoegd aan de CC. “Voor extra transparantie”, is dan vaak de uitleg. “Dit is een duidelijk teken dat iemand je niet vertrouwt óf dat hun verzoek meer prioriteit krijgt”, zegt leadership consultant Kimberly B. Cummings. “Een manier om dit op te lossen is om te vragen of het verzoek inderdaad prioriteit moet krijgen of te vragen op welke termijn je op het verzoek moet reageren.”

3. ‘Veel mensen vinden dat…’

Volgens Gallaher is dit zinnetje een makkelijke manier om je eigen mening te verbergen achter die van andere mensen. “Het suggereert dat je met andere mensen hebt overlegd, over de rug van een collega om. Het is normaal gesproken ook erg vaag over wie die mensen precies zijn. Dat betekent dat degene die deze zin te horen krijgt, niet zelf in gesprek kan gaan met ‘deze mensen.’ Het is veel efficiënter en verantwoordelijker als iedere persoon voor zichzelf spreekt.”

4. ‘Uiteraard’ of ‘vanzelfsprekend’

Deze kleine woordjes kunnen al snel passief-agressief overkomen, waarschuwt Howes. “Wanneer collega’s deze woorden gebruiken in uitspraken als ‘Uiteraard ken je ons bedrijfsbeleid hierover?’ dan zit daar verborgen vijandelijkheid in. ‘Waarom wist je dat niet? Je zou beter moeten weten.’ Dat is zo ongeveer wat geïmpliceerd wordt. Een tactvollere manier is om te beginnen met een zin als ‘Misschien wist je dit niet, maar…'”

5. ‘Niet kwaad bedoeld, maar…’

Volgens Gallaher is dit een veel voorkomende, maar weinig helpende uitspraak. “In plaats daarvan kun je directer zeggen: ‘Ik ben bang dat je kunt schrikken van wat ik wil zeggen, dus daarom wil ik vragen of ik je ergens feedback op mag geven.’ Of ‘Ik bouw graag een vertrouwensband op zodat we een echt open dialoog met elkaar kunnen hebben. Hoe denk jij daarover?'”

“Mensen zijn vaak passief-agressief omdat ze voor zichzelf niet duidelijk voor ogen hebben wat ze precies willen, of omdat ze bang zijn om de waarheid te vertellen”, aldus Gallaher. “Een gebrek aan vertrouwen ontstaat vaak wanneer mensen niet kwetsbaar en echt durven te zijn tegenover elkaar.”

Bron: HuffPost | Beeld: iStock

Laatste nieuws